Bitcoin groeit niet meer zo explosief als vroeger—en dat is precies wat het sterker maakt. Volgens analist Willy Woo is de tijd van duizelingwekkende rendementen voorbij. Maar dat betekent niet dat Bitcoin zijn kracht verliest. Integendeel: het digitale goud wordt volwassen.

Van hype naar gevestigde waarde

Sinds 2020 is er veel veranderd. Steeds meer grote spelers—bedrijven, fondsen en zelfs overheden—stoppen geld in Bitcoin. Daardoor gedraagt BTC zich nu minder als een hypecoin en meer als een serieuze economische factor. Woo noemt het zelfs

“het eerste nieuwe macro asset in 150 jaar.”

Vroeger verdubbelde de koers soms elk jaar. Nu ligt het jaarlijkse rendement rond de 17%, en dat blijft dalen. Woo verwacht dat het op termijn uitkomt rond de 8% per jaar. Saai? Misschien. Maar het past bij de rol die Bitcoin steeds vaker krijgt: een digitaal alternatief voor goud of staatsobligaties.

Waarom 8% wél indrukwekkend is

Die 8% is gebaseerd op twee dingen: wereldwijde geldgroei (ongeveer 5%) en reële economische groei (zo’n 3%). En voor een schaars, decentraal en wereldwijd actief als Bitcoin is dat bijzonder solide. Zeker als je het vergelijkt met traditionele markten, waar dat soort rendementen allesbehalve gegarandeerd zijn.

Rustiger, maar krachtiger

De koers van BTC staat op dit moment rond de $103.000. En hoewel de snelle pieken van vroeger minder worden, is het rendement over periodes van vier jaar nog steeds beter dan dat van de S&P500.

Voor de ervaren belegger is dit goed nieuws: minder grilligheid, meer voorspelbaarheid. En voor nieuwkomers is het een teken dat Bitcoin niet alleen meer voor waaghalzen is. Het groeit mee met de markt—en dat maakt het juist interessant.

Of zoals Woo het zegt: “Totdat we daar zijn, misschien over 15 tot 20 jaar, kun je gewoon genieten van de rit.”