Daylight brengt zonne-energie naar de blockchain met $75 miljoen investering
Zonne-energie zonder hoge instapkosten
Zonnepanelen zijn duur, en dat houdt veel mensen tegen om de stap naar duurzame energie te zetten. Het Amerikaanse project Daylight wil dat veranderen. Het bedrijf combineert blockchain met zonne-energie en biedt zonnepanelen als abonnementsdienst. Zo hoeven klanten geen tienduizenden dollars te investeren in panelen en batterijen, maar kunnen ze direct profiteren van goedkopere, schone energie.
Wat doet Daylight precies?
Daylight bouwt aan een gedecentraliseerd zonne-energiesysteem, ook wel een DePIN genoemd een Decentralized Physical Infrastructure Network. In zo’n netwerk leveren gebruikers zelf een bijdrage aan fysieke infrastructuur, zoals energie of internet, in ruil voor beloningen.
Bij Daylight krijgen klanten zogeheten ‘sun points’ voor het leveren van energie aan het netwerk. Deze punten kunnen later worden omgezet in tokens. Het project draait sinds 2024 op een testnet en heeft nu $75 miljoen opgehaald om de uitrol in de Verenigde Staten te versnellen. Onder de investeerders zitten onder meer a16z Crypto, Framework Ventures en Lerer Hippeau.
Hoe verdient het netwerk geld?
Het verdienmodel van Daylight is helder: gebruikers betalen maandelijks voor hun zonne-energie-abonnement, terwijl het bedrijf overtollige energie verkoopt aan het elektriciteitsnet. Een deel van de opbrengst gaat terug naar de deelnemers. Zo ontstaat een community-gedreven energienetwerk waarin gebruikers niet alleen energie verbruiken, maar er ook aan verdienen.
Deze aanpak laat zien hoe blockchaintechnologie in de praktijk kan worden toegepast niet met tokens of NFT’s, maar om echte, fysieke infrastructuur slimmer te organiseren.
De energiehonger van AI en datacenters
De timing van Daylight is interessant. Grote AI-datacenters en cryptominers vragen steeds meer energie, waardoor het bestaande energienet onder druk staat. Volgens Bloomberg zijn de groothandelsprijzen voor energie in de buurt van datacenters sinds 2020 met 267% gestegen.
Greg Osuri, oprichter van Akash Network, waarschuwde eerder dat AI en gecentraliseerde datacenters zelfs een wereldwijde energiecrisis kunnen veroorzaken. Zijn oplossing: rekenkracht decentraliseren, net zoals Daylight dat doet met energie. Door computerkracht te verdelen over talloze kleine bronnen van thuis-pc’s tot bedrijfsservers ontstaat een veerkrachtiger systeem dat minder afhankelijk is van centrale energievoorziening.
Ook grote techbedrijven zoals Google, Amazon, Meta en Microsoft zoeken naar alternatieve energiebronnen. Amazon sloot onlangs zelfs een deal voor 1.920 megawatt kernenergie om zijn AI-datacenters in Pennsylvania van stroom te voorzien.
Waarom dit belangrijk is
De groei van Daylight laat zien dat decentralisatie niet alleen iets is voor crypto, maar ook voor de energiesector. Door zonne-energie te koppelen aan blockchain ontstaat een nieuw model: duurzaam, schaalbaar en in handen van de gemeenschap. Voor de crypto-investeerder is dit een duidelijk voorbeeld van hoe DePIN-projecten een brug slaan tussen digitale innovatie en echte infrastructuur.
FAQ
Wat is een DePIN?
Een DePIN (Decentralized Physical Infrastructure Network) is een netwerk waarbij fysieke infrastructuur, zoals energie of internet, wordt gedeeld en beheerd via blockchain. Gebruikers leveren een bijdrage en krijgen daar beloningen voor.
Waarom is Daylight anders dan traditionele energieleveranciers?
Daylight gebruikt blockchain om eigenaarschap en opbrengsten te verdelen onder deelnemers. Zo ontstaat een eerlijker en transparanter systeem dan bij traditionele energieleveranciers.
Kan ik al meedoen met Daylight?
Het project draait nog in testfase, maar de commerciële uitrol in de VS wordt binnenkort uitgebreid. De verwachting is dat het model later ook in andere regio’s kan worden toegepast.
Conclusie
Daylight laat zien dat blockchain niet alleen draait om financiële innovatie, maar ook een sleutelrol kan spelen in de energietransitie. Met $75 miljoen aan nieuwe financiering is het project klaar om zonne-energie slimmer, goedkoper en toegankelijker te maken – en dat alles op een manier die perfect past bij de principes van Web3.
