Op 31 mei werd Rashawn Russell, een voormalige investeringsbankier, veroordeeld tot 41 maanden celstraf voor zijn rol in een crypto-fraudezaak en een apart bankkaartfraudeplan. Russell, die eerder bij Deutsche Bank werkte, bekende in september schuld.

Het ministerie van Justitie (DOJ) verklaarde dat Russell tussen november 2020 en augustus 2022 het frauduleuze R3 Crypto Fund beheerde. Dit fonds beloofde grote winsten uit cryptocurrency-investeringen, maar in werkelijkheid gebruikte Russell het geld voor zichzelf of om andere investeerders terug te betalen. Hij loog ook over het overmaken van geld naar investeerders die hun geld terug wilden.

Russell was een geregistreerde broker bij de Financial Industry Regulatory Authority. Hij kon tot 30 jaar gevangenisstraf krijgen, maar kwam er met een lagere straf vanaf. Naast zijn gevangenisstraf moet hij ook $1,5 miljoen terugbetalen aan de slachtoffers van zijn crypto-zwendel.

Fraude met bankkaarten

Naast de crypto-fraude haalde Russell tussen september 2021 en juni 2023 ook 97 bankkaarten met minstens 43 verschillende identiteiten binnen, om deze voor frauduleuze transacties te gebruiken.

De aanklacht over de crypto-fraude werd in april 2023 ingediend en Russell bekende in september schuld.

Toenemende aanpak van crypto-criminaliteit

Russell is niet de enige die recent veroordeeld is voor crypto-fraude. Op 12 april werd Shakeeb Ahmed, een computerbeveiligingsingenieur, veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf voor aanvallen op crypto-exchanges in 2022. Na zijn celstraf volgt nog eens drie jaar voorwaardelijke vrijlating.

Op 15 mei klaagde het DOJ de broers Anton en James Peraire-Bueno aan voor samenzwering en draadfraude door manipulatie van de Ethereum-blockchain.

Op 18 mei bekende Thomas John Sfraga schuld aan draadfraude in verband met een nep-crypto-wallet en andere zwendels. Op dezelfde dag werden ook twee mensen gearresteerd voor witwaspraktijken en internationaal witwassen met geld uit een crypto-zwendel ter waarde van meer dan $73 miljoen.

Deze veroordelingen tonen aan dat justitie hard optreedt tegen crypto-fraude om het vertrouwen in de markt te herstellen. Het is een duidelijke waarschuwing: wie de regels overtreedt, zal voor de rechter moeten verschijnen.