Nvidia heeft gereageerd op berichten dat het bedrijf een dagvaarding zou hebben ontvangen van het Amerikaanse Ministerie van Justitie (DOJ) in verband met een antitrustonderzoek. Ondanks de beschuldigingen steeg de aandelenkoers van Nvidia licht na sluiting van de beurs.

“We hebben navraag gedaan bij het DOJ en hebben geen dagvaarding ontvangen,” aldus een woordvoerder van Nvidia.

“We staan echter open voor eventuele vragen van toezichthouders.”

De woordvoerder benadrukte verder dat Nvidia haar positie heeft verdiend op basis van prestaties.

“Onze benchmarkresultaten en de waarde die we bieden aan klanten spreken voor zich. Klanten kunnen altijd kiezen welke oplossing voor hen het beste werkt.”

Het DOJ zou de afgelopen weken verschillende techbedrijven hebben bevraagd over Nvidia’s werkwijze, met name hoe het bedrijf hardware bundelt in zijn producten, volgens bronnen van Reuters op 4 september.

Op 3 september meldde Bloomberg dat Nvidia samen met andere bedrijven is gedagvaard als onderdeel van een mogelijk antitrustonderzoek. Bronnen binnen de regering geven aan dat er zorgen zijn dat Nvidia concurrentie moeilijk maakt en klanten straft die niet uitsluitend hun AI-technologie gebruiken.

Dit nieuws zorgde ervoor dat Nvidia op één dag $278 miljard aan marktkapitalisatie verloor, de grootste daling in de geschiedenis van het bedrijf. De aandelenkoers zakte die dag met 9,5% naar $108.

Na Nvidia’s ontkenning steeg het aandeel met 0,46% naar $106,70 tijdens de handel na sluiting van de beurs, met een kortstondige piek boven de $111, aldus Google Finance.

Hoewel Nvidia de afgelopen dagen meer dan 17% is gedaald, blijft het aandeel in 2024 nog steeds 120,5% hoger. In juni bereikte het een recordhoogte van $131,88, mede door de toenemende vraag naar chips voor AI-toepassingen.

Nvidia staat ook voor de uitdaging van een mogelijke heropening van een collectieve rechtszaak bij het Amerikaanse Hooggerechtshof. Het bedrijf zou meer dan $1 miljard aan verkopen van grafische processors aan cryptomijners hebben verzwegen en CEO Jensen Huang zou de omvang van deze verkopen hebben gebagatelliseerd.