De Amerikaanse Securities and Exchange Commission (SEC) heeft Ripple’s verzoek om een lagere boete afgewezen. Op 13 juni vroeg Ripple de rechtbank om een boete van “niet meer dan $10 miljoen” in plaats van de door de SEC voorgestelde $876,3 miljoen.

Ripple vergeleek hun situatie met de recente schikking tussen de SEC en Terraform Labs, waarbij Terraform een boete van $420 miljoen kreeg. Volgens de SEC is deze vergelijking misleidend. De schikking met Terraform kwam tot stand omdat het bedrijf failliet was, geld terugbetaalde aan investeerders en de verantwoordelijke leidinggevenden ontsloeg.

De SEC benadrukte dat Ripple geen van deze maatregelen heeft genomen. Daarnaast stelde de SEC dat het niet eerlijk is om de boetes van beide bedrijven rechtstreeks te vergelijken. De boete voor Terraform was gebaseerd op hun winst uit de overtredende handelingen, wat neerkwam op ongeveer 12% van hun brutowinst van $3,5 miljard.

Als dezelfde ratio zou worden toegepast op Ripple’s brutowinst van $876,3 miljoen, zou hun boete $102,6 miljoen bedragen. De SEC betoogde echter dat een dergelijke lage boete de doelen van de civielrechtelijke strafwetgeving niet zou dienen. De voorgestelde boetes voor Ripple bedragen bijna $2 miljard, inclusief $198,2 miljoen aan rente vóór het vonnis, $876,3 miljoen aan civiele boetes en nog eens $876,3 miljoen aan terugvordering.

Sinds 2020 zijn Ripple en de SEC verwikkeld in een juridische strijd nadat de SEC beweerde dat Ripple ongeregistreerde effecten had verkocht. Rechter Analisa Torres gaf de SEC gelijk, maar alleen met betrekking tot verkopen aan institutionele beleggers. Vorige maand verzette de SEC zich tegen Ripple’s verzoek om sommige van hun financiële gegevens af te schermen, waarbij de toezichthouder stelde dat het bedrijf de inkomsten uit XRP-verkoop openbaar moest maken.

Ripple en de SEC blijven verwikkeld in een complexe juridische strijd die grote gevolgen kan hebben voor de bredere cryptomarkt.